Naruto is een algemeen erkende anime die geen introductie vereist. De maker, Masashi Kishimoto, heeft een meesterwerk gecreëerd dat niet alleen bekend is onder anime-fans, maar ook onder degenen die niet bekend zijn met het genre. De gevarieerde cast van personages, de goed gemaakte verhaallijn, indrukwekkende gevechtsscènes en deskundige verhalen maken het een plaats tussen de “Grote Drie” waard.
Bij nader onderzoek kun je sporen van de hindoeïstische mythologie vinden, verweven met verschillende elementen binnen de verhaallijn van de anime. Een opmerkelijk voorbeeld is de opname van de zonen van Hagoromo Otsutsuki, Ashura en Indra, die rechtstreeks zijn vernoemd naar figuren uit het hindoeïsme, maar in de serie anders worden afgebeeld.
Naruto: Indra en Ashura – Een vergelijking met de hindoeïstische mythologie
In de Naruto-anime waren Indra en Ashura aanvankelijk een harmonieus en aanhankelijk paar broers. Onder leiding van hun vader Hagoromo wijdden ze zich allebei aan het bestuderen van Ninshu, in de hoop dat een van hen de titel van de grote wijze zou erven.
Ondanks het verstrijken van de tijd bleef Indra de meest bekwame en uitzonderlijke van de twee broers. Zijn wonderbaarlijke talenten en snelle vooruitgang bleven de mensen om hem heen verbazen. Ondertussen leefde Ashura in de schaduw van zijn broer, zonder enige aangeboren vermogens.
Ondanks dat hij zijn eigen kracht ontwaakte, waren Ashura’s capaciteiten vergelijkbaar met die van zijn broer. Uiteindelijk was het Ashura die de vastberadenheid van zijn vader erfde. Indra’s wrok jegens zijn vader en broer, aangewakkerd door Zetsu’s manipulatie, was echter de ultieme katalysator voor hun laatste confrontatie. Dit voedde Indra’s woede, wat resulteerde in een hevige strijd tussen de twee broers en zussen.
In wezen symboliseerde Ashura de ‘Zon’, die positieve eigenschappen belichaamde zoals goedheid, liefde, vriendschap en morele waarden. Indra symboliseerde daarentegen de ‘Maan’, die negatieve eigenschappen vertegenwoordigde zoals ijdelheid, vernietiging en vijandigheid.
De originelen uit de hindoeïstische mythologie
Kishimoto’s trouw aan het boeddhisme is bekend, en hij putte voor inspiratie uit de hindoeïstische mythologie bij het creëren van zijn personages. Niettemin besloot hij de traditionele rollen van Indra en Ashura volledig om te keren.
Volgens de legende wordt Indra beschouwd als de opperste heerser van de goden en de beschermer van de hemel. Hij is de belichaming van goedheid en zuiverheid en is nauw verbonden met de elementen lucht, bliksem, weer, donder, stormen, regen, rivierstromen en oorlogvoering.
Ashura is de term die wordt gebruikt om te verwijzen naar krachtige halfgoden die geobsedeerd zijn door het verwerven van macht. Bekend om hun destructieve karakter en associatie met hopeloosheid, verkeren Ashura’s in een voortdurende staat van angst jegens de goden en worden ze gezien als hun tegenstanders.
Eindelijk het samenbinden
Toen Kishimoto de twee personages in zijn verhaal verwerkte, verwisselde hij opzettelijk hun rollen. Daarom is het logisch dat hij de zon en de maan heeft gekozen als geschikte symbolen om ze weer te geven.
Bovendien is het begrijpelijk waarom Indra’s chakra zich manifesteerde als bliksem. Door het hele verhaal heen waren er subtiele aanwijzingen die verwezen naar Kishimoto’s invloeden op de broers. Bovendien weerspiegelt hun voortdurende rivaliteit en cyclus van wedergeboorte het eeuwige conflict tussen de goden en Ashura.
Geef een reactie