Op de middag van 10 mei gaf ADOR nog een verklaring af, waarin stond: “In het licht van de verklaring van HYBE in een poging om het incident van een nachtelijke audit van vrouwelijke werknemers gisteren te verbergen, streven we ernaar een accuraat verslag van de feiten te geven aan vermijd verdere controverse.”
Volgens ADOR ontstond het probleem door de beperkte kennis van HYBE over het werk en de behandeling van stylisten. Op terreinen als design, choreografie en styling verdienen bekwame individuen vaak meer als freelancers buiten het bedrijf, dan dat ze uitsluitend op hun capaciteiten worden ingezet. Een flexibel compensatiesysteem is dus essentieel om deze capaciteiten in de echte labelindustrie te behouden.
ADOR verklaarde dat zij altijd hebben geloofd in het bieden van adequate compensatie aan getalenteerde individuen die resultaten boeken. Dit is de reden waarom ze hoge beloningen bieden op basis van prestaties, niet alleen aan hun stylisten, maar ook aan andere hoogopgeleide talenten. De door HYBE genoemde kosten hebben betrekking op de kosten die adverteerders maken bij het inhuren van externe freelance stylisten, en deze kosten worden rechtstreeks betaald aan de stylisten die de werkzaamheden hebben uitgevoerd.
Volgens ADOR bespraken de CEO, de vice-CEO en de stylist de ontvangst van deze kosten en kwamen tot de conclusie dat het efficiënter zou zijn en zou resulteren in een resultaat van hogere kwaliteit als het werk door interne stylisten zou worden afgehandeld. Als gevolg hiervan betaalden de adverteerders een eerlijke vergoeding voor de geleverde diensten. HR heeft voldoende bewijs gekregen om deze beslissing te ondersteunen.
Bovendien brachten ze hun spijt over door te zeggen: “Wij verontschuldigen ons ten zeerste dat HYBE probeert de legitiem ontvangen terugbetaling te verbergen als illegale winsten om de betreurenswaardige gebeurtenis van gisteren te verbergen.”
Eerder had ADOR een verklaring uitgegeven waarin werd beweerd dat HYBE de teamleider “A” van de afdeling stijlregie op onrechtmatige wijze had gecontroleerd. Volgens ADOR had HYBE zijn bezorgdheid geuit over het feit dat A rechtstreeks betalingen zou ontvangen van adverteerders, maar ADOR voerde aan dat dit niet als verduistering kon worden beschouwd, aangezien A het bedrijf geen financiële schade had berokkend. In plaats daarvan had A eenvoudigweg hetzelfde bedrag van adverteerders ontvangen als incentive, in plaats van via het bedrijf.
Als reactie hierop bracht HYBE een weerleggingsverklaring uit, waarin stond dat ze juridische stappen zouden ondernemen tegen Min Hee-jin wegens het accepteren van goedgekeurde fondsen. HYBE weerlegde de bewering van ADOR dat dit een gangbare praktijk is in de reclame-industrie en niet als verduistering kan worden beschouwd, door te stellen: “Het is niet gebruikelijk dat werknemers van het bedrijf persoonlijk profiteren van adverteerders voor een bedrag van honderden miljoenen gewonnen. De tolerantie van de CEO voor dit gedrag door de jaren heen is geen gewoonte, maar een duidelijke overtreding van de wet.” Bovendien verduidelijkten ze dat de audit op een wettige en niet-dwingende manier werd uitgevoerd met toestemming van de gecontroleerde.
Geef een reactie